Suriname vinden we een bijzonder land. Ten eerste vanwege de
bevolkingssamenstelling. De oorspronkelijke bewoners, Indianen, zijn er vrijwel
niet meer, de meeste zijn gestorven door ziektes die de immigranten meenamen.
Sinds de 17e eeuw zijn er vele immigratiestromen geweest, met als
gevolg dat de bevolking nu vooral bestaat uit Hindostanen (40%), Javanen (6%),
Creolen (22%) en Chinezen (2%). Maar ook Joden, Libanezen, Brazilianen en natuurlijk
Nederlanders zijn al lange tijd in het land aanwezig. Dit maakt het land tot
een ware smeltkroes. De verschillende bevolkingsgroepen integreren relatief
weinig (en hebben zo hun eigen (voor)oordelen over elkaar), maar raciale
conflicten zijn er gelukkig ook niet. In Paramaribo staan bijvoorbeeld een moskee
en synagoge letterlijk naast elkaar en vlakbij staat verder een kathedraal en
protestantse kerk. De mensen zijn verder bijzonder aardig en gastvrij. Ook in
het drukke Paramaribo.
In Paramaribo staan veel mooie oude koloniale gebouwen |
Suriname vinden we ook bijzonder omdat er Nederlands gesproken wordt en een groot deel van de Surinamers wel eens in Nederland geweest is of er jarenlang gewoond heeft.
En Suriname is natuurlijk bijzonder vanwege haar vele voormalige
plantages.
Opgezet door de Engelsen en daarna in grotere getale door de Nederlanders, hetgeen ons vele zwarte bladzijden in de geschiedenisboeken opgeleverd heeft.
Nadat de slavernij afgeschaft was, werd de zware arbeid verricht door Hindostanen en daarna door Javanen.
Kampong op plantage peperpot |
Vrijwel alle plantages zijn niet meer in bedrijf, maar restanten zijn
nog wel zichtbaar.
koffiefabriek Peperpot |
koffieloods |
plantagehuis Peperpot |
Een goede waterhuishouding was essentieel voor de plantages; er zijn daarom nog steeds vele kanalen en stuwtjes.
gerestaureerd plantagehuis en sluisje op Peperpot |
Op veel voormalige plantages zijn mensen die er ooit gewerkt
hebben gebleven. Ze hebben op de plantage een huis gebouwd en telen bananen,
citrusvruchten, kouseband en andere heerlijke tropische groenten en fruit. Sommige
zijn alleen per boot bereikbaar.
We hangen in Suriname flink de toerist uit en huren voor
weinig geld een week een oude auto. De verhuurder zegt meerdere malen dat we hem
moeten bellen als we problemen hebben en wijst ons nadrukkelijk op de plek van
het reservewiel en legt ons uit hoe we een wiel moeten verwisselen. Dat belooft
wat….. We negeren de rare geluidjes die de auto maakt en verkennen al hobbelend
de omgeving. Men rijdt hier links, maar gelukkig heeft onze auto toevallig een
automaat. De wegen zijn een belevenis op zich. Soms goed, vaker echter vol met
onverwachte kuilen en diepe gaten. Én met vele steile drempels, die echter wel
goed aangegeven zijn met een bord langs de kant van de weg. Maar het zijn er zo
veel en soms op onverwachte plaatsen, dat we ze soms op het allerlaatste moment
opmerken. Getuige de staat van de
schokbrekers van onze auto hebben meer mensen moeite met de kuilen, gaten en
drempels…
Er zijn vrij veel kanalen, dus ook bruggen.
Vrijwel alle wegen lopen via Paramaribo, maar helaas staan
de toevoerwegen altijd vast (in ieder geval op de tijdstippen dat wij er langs
komen). Er is een tijdje geleden een nieuwe brug opgeleverd om de zuidelijke
toevoerweg naar Paramaribo te ontlasten; alle toevoerwegen liggen er, maar
helaas is de onteigening van de grond waar de op- en afrit moet komen nog niet
gelukt en kan de brug dus niet gebruikt worden.
brug in weg naar Domburg |
Een aantal kruispunten bij Paramaribo hebben geen
stoplichten en als onwennige toerist is het verre van relaxt om je dan door het
chaotische verkeer een weg te moeten banen. De afstanden vallen ons erg tegen:
Suriname is een groot land en echte snelwegen zijn er natuurlijk niet.
Maar we bezoeken vele mooie plekken. Zoals de vlindertuin in
Lelydorp.
Deze fluoriserende vlinder zien we veel in open plekken in het bos (maar het lukte niet om deze te fotograferen) |
De tuin exporteert poppen naar vlindertuinen in het
buitenland. We krijgen een erg interessante rondleiding en zijn onder de indruk
van het arbeidsintensieve proces om dergelijke poppen te kweken. De rupsen zijn
eigenlijk het belangrijkst, die moeten onbelemmerd de juiste bladeren kunnen
eten. En die planten moeten dus ook gekweekt worden. Potgrond uit Nederland
blijkt hiervoor bedrijfseconomisch het beste te zijn….
vlindereitjes |
rupsen van dezelfde vlindersoort in opeenvolgende stadia |
poppen van verschillende vlindersoorten |
vlinder die juist uit zijn pop gekomen is |
inpakken van poppen voor export naar vlindertuinen |
Ook bezoeken we de Brownsberg, een natuurreservaat. De
Stinasu (Stichting Natuurbeheer Suriname) leidt volgens ons echter een kwijnend
bestaan: er is nauwelijks nog voorlichtingsmateriaal en de gebouwen op de
Brownsberg lijken slecht onderhouden te worden. Ze hebben de grond in erfpacht
gekregen; zodra daar ook bauxiet gevonden wordt zullen ze de Brownsberg moeten
verlaten. Het bauxietbedrijf van Suriname (Suralco) heeft veel stroom nodig. Men
heeft in de jaren 60 daarom een groot stuwmeer aangelegd (1560 km2). Vele
dorpen liggen nu op de bodem van dat meer en de mensen zijn ondergebracht in
zogenaamde ‘transmigratiedorpen’. Toch horen
we hier weinig negatieve geluiden over. Het stuwmeer leidde tot zuurstofarm
water, hetgeen dramatisch was voor de visstand, alleen de sterkere vissen
(Piranha’s) overleefden. Ook de waterhyacint werd een plaag; deze wordt nu
chemisch bestreden. Helaas viel de elektriciteitsproductie van het meer tegen,
waardoor de aluminiumsmelterij nooit de omvang bereikt heeft die men ooit voor
ogen had.
stuwmeer met de restanten van bomen die onder water gezet zijn |
En al die tijd liggen we zeer comfortabel aan een meerboei
bij Domburg. Op de zuidelijke oever horen we dorpsgeluiden, op de noordelijke
brulapen en op onze boot onze eigen bootvogeltjes.
Het is een erg gezellige plek om te liggen. We liggen
tegenover het gezellige dorpspleintje met eethuisjes, groentestalletjes etc. Veel
Nederlanders zijn hier neergestreken en zijn een bedrijf begonnen. Ook veel
Nederlandse zeilers zijn blijven hangen.
Foto's van Domburg en ankerplek volgen de volgende keer.
De komende dagen gaan we met een georganiseerde tocht naar
het binnenland. Daarover in het volgende blog meer.